Onze reisroute naar Zarautz


Maandag, 22 augustus. Apeldoorn.
Al eerder was Apeldoorn het startpunt voor onze reizen, ook deze keer. Het is kwart over elf als we ons huis 'achterlaten'. Na een rustige reis komen we aan op onze camping Het Veldhoentje en al snel staat de caravan. We moeten nog een paar belangrijke boodschappen doen maar vooral even afscheid nemen van onze zoon, schoondochter en kleinkind, dat in september jarig is.

Dinsdag, 23 augustus. Naar Sint Job in 't Goor.
Het is tegen elf uur als we vertrekken, ook deze etappe verloopt voorspoedig en gelukkig komen we ook nog een prima pic-nic plaats tegen waar we de meegebrachte lunch kunnen gebruiken.
De camping Het Veen is best groot maar er zijn - zo te zien - maar weinig toerplaatsen. Het is allemaal prima verzorgd - alleen geen toiletpapier en soms zelfs geen bril op de wc. We gaan voor een enkel boodschap naar het dorp en om te tanken. We vragen aan een meneer op een fiets waar de gezellige straat is in dit dorp - of is het toch een stad. Nou het is een dorp, er is geen gezellige winkelstraat, er zijn geen gezellige terrasjes, het is eigenlijk een kruispunt van twee wegen met een verkeerslicht. De man adviseert 10 km verderop, maar dat gaat ons dan toch te ver.... Met andere woorden, Sint Job in 't Goor stelt niks voor!
Op de camping is wel een - volgeboekt - restaurant én er is ook ijs te koop. Gelukkig, toch nog een beetje vakantiegevoel.

Woensdag, 24 augustus. Naar Sorel Orvillers.
Het is een bizare dag geweest, het begon al vannacht, om vier uur: ik wil naar de wc en druk op het lichtknopje maar wat ik ook doe, het licht gaat niet aan. Ik pak de zaklamp maar snap niet waarom het licht niet aan gaat. Dan zie ik dat ook de wekkerradio uit is, er is dus geen elektriciteit meer. Ik ga naar buiten, gewapend met de zaklamp en loop naar de schakelkast maar de zekering is nog goed. Ik steek de stekker in een ander contact maar helaas geen licht, nog een ander contact, geen licht. Ik ga terug, en hoop dat ik de koelkast op gas aan kan krijgen en inderdaad dat lukt. We proberen de slaap weer te vatten maar het is niet gemakkelijk. Dan worden we wakker, het is inmiddels tien voor negen, we hebben ons 'verslapen', dan bedenk ik mij dat de schakelkast natuurlijk drie-fasen is, als nu slechts één van de drie fasen er uit ligt, dan zou ik nog een ander contact kunnen proberen. Als ik de stekker omsteek, hebben we plotseling weer stroom, dus weer licht, dus weer stromend water, dus weer een waterkoker die het doet.
Na het ontbijt is het al bijna tien uur, nog net tijd voor één kopje koffie en dan gaan we op weg naar Sorel Orvillers. Maar in Antwerpen, staan we al stil, rijden we weer een stukje en staan we weer stil en dat blijft zo bijna twintig kilomter lang. Al met al doen we over de eerste dertig kilometer ruim een uur.
Dan kunnen we lekker doorrijden en de kilometers glijden rustig onder ons door. Het is al half één als we een rustplaats vinden, het is warm, helaas geen pic-nic bank, dus lunch in de auto. De tolweg op en alles loopt letterlijk op rolletjes. Het is bijna drie uur als we stoppen bij zo'n mooie 'Aire' wel met een pic-nic plaats, een drankje, wat pinda's en even de benen strekken. Na een kwartiertje pakken we weer op, verder op de tolweg, schitterende vergezichten, even een foto maken, WAT..., Emmie is de rugzak vergeten op de pic-nic plaats. Wat een schrik, omkeren kan hier niet, wanneer is er een afslag, en dan nog terug rijden het wordt een rit van bijna twintig kilometer en bijna een half uur. Emmie schreeuwt het uit van boosheid en verdriet dat haar dit moet gebeuren. Bange visioenen sluipen door je hoofd, wat als iemand de rugzak ziet en meeneemt, er zit vanalles in de rugzak: huissleutels, autosleutels, portemonee met pinpas, geld, telefoon en labtop wat een ellende. Eindelijk zijn we bij de 'Aire', gelukkig kunnen over een soort loopbrug van de Oost-kant naar de West-kant lopen en ja hoor, tot grote opluchting staat de rugzak er nog, deze was ook lastig te zien voor een niet oplettende passant. Maar de voorzienignheid heeft zeker een handje geholpen.
We kunnen door naar Sorel Orvillers, nog ruim 100 kilometer. Het is bijna vijf uur als we inchecken. De camping lijkt wel 'bezet' door Nederlanders, bijna iedereen is Nederlands, allemaal op doorreis naar het zuiden, de jong-bejaarde, ietwat grijze golf, spoelt hier overheen.
Sorel Orvillers heeft weinig te bieden, misschien twintig huizen, twee straten, een camping maar ook twee kastelen. Deze kastelen zijn particulier bezit en niet toegankelijk, jammer, maar we hebben er ook eigenlijk geen tijd voor. Bovendien, na zo'n bizare dag, is rust het enige dat we nog willen, welterusten.

Donderdag, 25 augustus. Naar Montlouis sur Loire.
Vandaag is het best een flinke afstand, 340 km en dan ook nog door Parijs, de schrik van iedereen..... Het gekke is dat iedereen over de route door Parijs weinig opbeurende verhalen heeft: het is er drukker dan druk, het zijn die gekke Fransen, het is een grote chaos.., we zullen het zien.
Nadat we - ook hier - de wegwerkzaamheden gepasserd zijn en getankt hebben, gaan we Autoroute op richting Parijs. Het is niet bijzonder druk, genoeg verkeer maar dat is het dan. Na de A1, komt de A3, dan de A86, stukje A4, dan de A10. Eigenlijk is het gewoon de borden Bordeaux volgen èn Mw. TomT heeft er zin en doet goed haar best, ze mist geen enkele afslag en meldt ze - deze keer - op tijd. Na ruim een half uur en zonder één file rijden we richting Tours. Nu nog maar..... 202 kilometer.
Lunchtijd, een prachtige 'Aire' met prima pic-nic plaatsen, maar het is daar ter plaatse zo heet, dat we maar in de auto in de schaduw van een boom blijven zitten.
Weer 100 kilometer verder, weer een 'Aire' met pic-nic bank maar ook een mooie ligweide onder een boom, kussentje mee, flesje water mee, pinda's mee.. heerlijk. De laatste 100 wegen het zwaarst, naar Parijs ben je fris, in Parijs moet je je kop erbij houden, maar na Parijs is het lang, lang, recht en alsmaar rechtdoor....
Dan Tours en nog maar 8 kilometer naar de camping, het begint net een beetje te regenen. Op de camping snel een plaatsje gevonden, tussen de spetters door kar 'opzetten' en dan even rust.
Montlouis sur Loire ligt natuurlijk aan de Loire, een machtige rivier in Frankrijk, de grootste maar liefst 1006 kilometer. Nu, met dit super droge weer zou je misschien naar de overkant kunnen lopen, maar het mag niet en best ver, ik schat bijna 1000 meter. Mooi is deze rivier wel...


Vrijdag, 26 augustus. Montlouis sur Loire.
Vandaag een echte vakantiedag, uitslapen, wassen en scheren, lang ontbijten, rustig aan de koffie..... Nou vergeet het maar, we hebben al geboekt voor een trip naar kasteel Chenonceau. De campingbaas adviseerde ons naar Chenonceau te gaan, wij de website opgezocht en zien dat je vooraf moet reserveren en moet rekenen op een kwartier lopen vanaf het parkeerterrein, we boeken voor half twaalf, maar dat geeft dus geen ruimte voor bovenstaande.. We moeten eerst ook nog 24 km rijden. Na een kopje koffie vertrekken we en om precies half twaalf stappen wij naar binnen. Het is echter een drukte van jewelste, het lijkt wel uitverkoop, echt honderden mensen wandelen tegelijkertijd door het kasteel, foto's maken van het interieur zonder bezoekers er op is een kunst. Het is best wel een mooi kasteel, met een rijke geschiedenis maar vooral de architetuur is boeiend.
De tuinen, daarin zijn blijkbaar minder mensen geïnteresseerd want daar is het helemaal niet druk, zijn schitterend aangelegd maar er is ook onkruid - dat zien wij dan weer.
Gelukkig is er een restaurant bij en komen we net voor de grote toeloop daar aan, we genieten van een prima hamburger en wat droge kipnuggets wel met echt heerlijk frites en meloen toe.



Na Chenonceau gaan we naar Amboise, ook aan de Loire. Het is best druk in het stadje en alle parkeerplaatsen lijken bezet te zijn, de laatste optie is aan de kade, maar ook daar is alles bezet, behalve op die ene plaats na, precies tegenover ons.... Bizar.... Het blijkt een heel gezellig stadje te zijn, met ook een kasteel natuurlijk. (In het Loire gebied zijn meer dan 100 kastelen die deels bezocht kunnen worden.) In Amboise wandelen we rustig door het stadje, nemen een terrasje en doen wat boodschappen. Daarna naar onze kar in Montlouis... Voor nu, ook welterusten.

Zaterdag, 27 augustus. Tours.
Deze streek bezoeken en Tours overslaan, dat is niet goed. Het is een kwartier rijden, alleen de auto nog even kwijt raken. Mw. TomT weet precies waar de parkeerterreinen zijn. Midden op een straat zegt ze bestemming bereikt, nergens een parkeergelegenheid, nogal ongebruikelijk midden op straat. We zitten klem, we willen linksaf maar dat mag daar niet, dus zijn we genoodzaakt de Loire over te steken, aan de overkant ergens te keren en dan weer terug, dus toch nog een heel gedoe om geparkeerd te raken.
Op weg naar de 'aanbevolen' bezienswaardigheden. Eerst het chateau, maar dat haalt het niet bij Chenonceau, dus verder, naar de kathedraal. Nou die valt niet tegen, moet ook wel, ze hebben er driehonderd jaar aan gebouwd. We nemen de tijd voor alles en ook voor een kaarsje natuurlijk. Vraagtekens heb ik bij een praalgraf van twee kinderen, van resp 1 jaar en 2 maanden. Terwijl in die tijd, 1600, de gewone man van honger stierf werd hier een praalgraf gebouwd, daar heb ik grote moeite mee. Wat wel weer grappig is, het tafereel van de Kerstkribbe, het kindje ontbreekt, het moet nog geboren worden....
We zwerven verder door de stad met de zelf gemaakte rondleiding. We komen langs het voormalig aards-bisschoppelijk paleis - ook weer zo iets - met een fraaie tuin en een enorme ceder en een tentje waar je koffie enz. kunt kopen. Het is nu een museum voor schoone kunsten. Daarna moeten we even zoeken maar vinden uiteindelijk ook het theater, een heel fraai gebouw. Iets verderop de kerk van Sint Maarten (bij ons ook vaak Sint Martinus genoemd) Dit is de twee kerk, van de eerste is alleen nog een toren overgebleven. In deze kerk is ook een kripte met 'resten' van Sint Maarten. Verder op onze rondleiding, we komen langs een leuk plein waar het een drukte van belang is, het is inmiddels lunchtijd. Alle terrasjes zitten voller dan vol, wij kunnen bij een piepklein tentje nog wel 'aanschuiven' voor een drankje. Dan door een paar leuke straatjes met vakwerkhuizen. (Ja, aard-bevings-bestendig, iets voor Groningen.) We verlaten het drukke centrum en lopen langs het "Hotel Gouïn" een schitterend gebouw, ooit gebouwd door een bankier, nu een gallerij voor moderne kunst, nou wij naar binnen, maar zo iets lelijks kan maar één persoon maken.... We zoeken de auto weer op en nemen afscheid van de Loire en van Tours.

Zondag, 28 augustus. Naar Chene du Lac.
Vandaag weer een reisdag - zoals dat zo mooi heet in "We zijn er bijna" - naar een plaats zonder naam, maar de camping heet Chene du Lac (oftewel de geit van het meer). Het is best weer een flink rit, 304 kilometer, deels over tolweg over 'gewone' snelweg en deels over - zo te zien onbepaalde wegen. We schieten lekker op en ik zal niemand vermoeien met saaie bespreking van de toestand op de snelwegen maar..... Weinig verkeer Zuidwaards, in ons voordeel, veel verkeer Noordwaards met soms een file en natuurlijk een botsing.
Vooral het laatste stuk is boeiend, over onbepaalde wegen, geen dorpjes, geen winkels, geen boerderijen, niets, bos, bos, bos... Wel geeft dat deze route een bijzondere charme, maar het is maar goed dat er geen tegenliggers komen want soms is de weg maar drie meter breed (en wij zijn 2 meter 30).
Eindelijk de camping, eigenlijk gewoon een stuk bos, hier en daar een boom gekapt, niets geëgaliseerd, weinig duiding van percelen, met een zandafgraving ernaast, ook weer charme, er is voldoende vertier, zwemmen, sup-borden, waterfietsen, glijbaan en veel strand stoelen. Wel is er een soort restaurant bij en een klein winkeltje, de wasmachine is stuk maar die zal de baas morgen repareren. Voor nu welterusten.

Maandag, 29 augustus. Chene du Lac.
Vandaag een vrije dag..... nee, geen kaartjes voor een kasteel of zo gekocht. Na een lekker ontbijt en een kopje koffie gaan we naar Coutras, een stadje zo'n 12 kilometer van hier. De route is weer door een bosrijke omgeving maar wel met 'normale' wegen. Coutras blijkt een aardig stadje te zijn (toch nog 8000 inwoners) met in het oude centrum een paar leuke winkeltjes en kleine restarants. Natuurlijk de onontbeerlijke kerk, van buiten erg mooi, van binnen erg sober en somber. Natuurlijk een fraai "Hotel de Ville' oftewel stadhuis en een paar fraaie beelden die herinneren aan de ellende van de eerste en tweede wereld oorlog. Het maakt me een beetje boos en verdrieting, er is nu weer een gek die denkt met een oorlog zijn voordeel te kunnen doen, wat een oen...
Na een rondwandeling door dit stadje staan er toch nog wat boodschappen op ons lijstje, we zoeken de supermarkt, het is L.Leclerc (niet te verwarren met "It is I Leclerc" uit "Hallo Hallo"). Wat een winkel, zeker ter grootte van een voetbalveld. Het kost enig zoekwerk maar dan vinden we eindelijk brood, kaas en zuivel.
Dan nog even tanken en dan gaan we naar de camping. We genieten van een vrije middag, een beetje zonnen, een beetje zwemmen, een beetje lezen, een beetje breien, de wasmachine aan het werk zetten en een waslijn spannen. Het lijkt wel "We zijn er bijna".

Het kamperen op zo'n bosrijke camping heeft ook zo zijn charme. Het is bijna een schilderij zoals de zon tussen de bomen door schijnt, tegelijkertijd zorgen de bomen ook voor een wat mildere hitte van de zon en met wat schuiven kunnen we zelf in de schaduw zitten.

Dinsdag, 30 augustus. Naar Zarautz.
Vandaag gaat de reis naar Zarautz, het startpunt en verzamelpunt voor onze groepsreis door Spanje en Portugal. Het is toch nog een flinke rit, ruim 300 km en we willen graag op tijd zijn voor alle besprekingen en dus, we staan om zeven uur op, ja, vakantie is afzien.....
We gaan door een paar kleine dorpje met verschrikkelijke 30km drempels, de kar, bokt bijna op elke drempel. Dan de snelweg, een grote file naar het noorden kilometers lang maar naar het zuiden is het stil, weinig vrachtauto's en met de 'pieper' snel door de tolpoortjes. De kilometers vliegen weer onder ons door. Pic-nic op een fraaie 'Aire' op een mooi bankje, half in de zon, ieder wat wils.
In de verte zien we de Pyreneën, bergen, van onbepaalde hoogte en naam, maar wel heel groen begroeid, ook de rivieren waar we over komen bevatten toch veel meer water dan we in de Loire zagen.
Dan na een paar tunnels, zijn we toch echt in Spanje, we passeren San Sebastian en zien in de Orio de boojes in de haven liggen, nog geen 5 km later zijn we op de camping, een behulpzame mederwerker wijst ons 'de straat' van de ANWB-groep en een kwartier later staat de kar. 1555 kilometer na ons vertrek uit Apeldoorn.
We hebben de nodige besprekingen - zoals gebruikelijk bij deze groepsreizen - en 's avonds het welkoms drankje en welkoms-diner in het restaurant van de camping. Het eten was veel en het gezelschap gezellig. Tot morgen.

Naar de volgende week 1.

Terug naar Spanje/Portugal reis



Terug naar Gerritsma-site